Op ModekoninginMáxima.nl kijken we graag naar koninklijke mode, en de vaste bezoekers van deze website zullen vast wel weten dat de uitstraling van een outfit voor een groot deel wordt bepaald door de stofkeuze. Daarom duiken we de komende weken in de wondere wereld van zijde, katoen, weefgetouwen en spinnewielen.
Een jurk is nooit zomaar een lap stof, en achter een lap stof schuilt vaak ook weer een bijzonder verhaal. Dat zal deze nieuwe serie, Back to the basic, ook wel bewijzen. Maar voor we echt de diepte ingaan, wil ik eerst kort wat vertellen over de politieke, maatschappelijk en economische invloed van stoffen. Misschien niet direct een heel koninklijk onderwerp, maar een uitstapje kan af en toe geen kwaad.
Goed, genoeg gekletst. Back tot the basic. En ja, wat is dan precies de basis? In het geval van stoffen komen we al snel uit bij de vier belangrijkste bronnen van natuurlijke vezels: katoen, zijde, linnen en wol. Door middel van heel uiteenlopende technieken kunnen deze vezelsoorten draden opleveren, die vervolgens weer gebruikt kunnen worden voor het weven, breien of haken van een lap stof. De volgorde is dus alsvolgt: vezel –> draad –> stof. Tegenwoordig is dit een grotendeels machinaal proces, maar tot de industriële revolutie werd vrijwel alles met de hand gedaan. Een tijdrovend gebeuren, maar dan had je ook wat. Tot de industriële revolutie betekende het bezitten van (exclusieve) stoffen immers macht, geld en status.
Het belang van de vroegere stoffen mag dus absoluut niet onderschat worden, maar waarom werd er dan zoveel waarde gehecht aan een mooie lap zijde, katoen, linnen of wol? Het is onmogelijk om deze vraag in een paar zinnen te beantwoorden, maar de eerste reden spreekt waarschijnlijk wel voor zich: stoffen konden uitstekend verhandeld worden. Van auto's en vliegtuigen was immers nog geen sprake, en het vervoer over water en land nam heel wat tijd in beslag. Korthoudbare producten konden daarom alleen lokaal verhandeld worden, terwijl er met stoffen veel meer mogelijk was. Langeafstandshandelaren brachten bijvoorbeeld Chinese en Italiaanse zijde naar ons land, en op de terugweg kon met hetzelfde gemak weer Engelse wol mee worden teruggenomen.
Stoffen werden dus lange tijd gezien als perfecte handelswaren, en het spreekt waarschijnlijk ook wel voor zich dat de prijzen stegen naarmate er meer kilometers werden afgelegd. En daarmee komen we gelijk uit bij de tweede functie van stof. Door de hoge prijzen werden exclusieve stoffen namelijk gezien als heuse statussymbolen. Arbeiders konden een japon van Chinese of Italiaanse zijde niet betalen en vanwege het vuile werk zou het ook heel onpraktisch zijn. In de zijdelanden was de stof iets goedkoper, maar daar werden dan weer regels opgesteld om de exclusiviteit van de stof te behouden. Zo mochten alleen Chinese keizers eigele zijde dragen, en kon men zelfs aan de bekleding van een grafkist iemands status aflezen.
Naast handelswaren en statussymbolen werden exclusieve stoffen lange tijd ook gebruikt als diplomatiek geschenk. In China werden oorlogen voorkomen door het schenken van zijde, en in Egypte werden diplomatieke banden door middel van linnen aangehaald of juist bevestigd. Ik vind het daarom wel geestig dat prinses Beatrix tijdens buitenlandse reizen vaak -op verzoek- een lap stof cadeau krijgt. Zo zet ze, bewust of onbewust, een eeuwenoude traditie voort.
Maar nu we het hebben gehad over enkele belangrijke functies van zijde, katoen, linnen en wol, mogen we niet vergeten dat natuurlijke vezels en stoffen in nog veel grotere mate de levens van de gewone bevolking hebben beinvloed. Het oogsten van de natuurlijke vezels kwam immers op de schouders van de arbeiders terecht, en het maken van draden en stoffen werd weer gezien als een echte vrouwentaak. Terwijl de kinderen over de vloer kropen of een pan soep op het vuur stond te borrelen, konden de arbeidersvrouwen immers thuis het spinnenwiel aanslingeren. Werkende vrouwen is dus geen fenomeen van de laatste tijd, want juist tot de industriële revolutie konden vrouwen dankzij het vervaardigen van textiel de financiële situatie van het gezin enigssinds onder controle houden. In bepaalde streken werden belastingen immers geheven in de vorm van draad of stof, en etenswaren of een doktersbezoekje konden ook nog weleens geruild worden voor een stuk textiel.
Een vrouw bij een klein weefgetouw. Foto: Nationaal Archief
Met dit in ons achterrhoofd is het ook niet zo vreemd dat er vanuit de elite én het gewone volk altijd werd gestreefd naar hoge opbrengsten en perfecte eindproducten. En ik vind het heel veelzeggend dat men in het vroegere Egypte de floëem even grondig van de rest van de vlasstengel kon scheiden als de beste linnenmachines anno 2019. Helaas is er door de millenia heen veel kennis en techniek verloren gegaan, waardoor het wiel vaak weer opnieuw moest worden uitgevonden.
De industriële revolutie, die grotendeels draaide rondom de katoenproductie, heeft de stoffenwereld helaas en gelukkig voorgoed op zijn kop gezet. Het handwerk is grotendeels overgenomen door machines van ijzer en staal, en hoe de zaken er verder voorstaan, weten we waarschijnlijk allemaal wel. Een groot deel van onze kleding komt uit Azië en in de meeste kleding worden synthetische stoffen toegevoegd. Aan het hof wordt er net als vroeger nog wel veel kleding van 100 procent zijde, wol, linnen en katoen gedragen. De komende weken gaan we de stoffen in deze volgorde onder de loep leggen.
Koningin Juliana kon blijkbaar ook weven. Foto: Nationaal Archief
Meer lezen over de geschiedenis van stoffen? Lees dan het boek 'De Gouden Draad' van Kassia St Clair, dat ik ook gebruikt heb als naslagwerk voor dit blog.